Op 15 maart 2022 bestaat TekstFontein 12,5 jaar. Dat vier ik met onderstaand overzicht, twee keer een flinke jubileumkorting én een welgemeend: ‘Dankjewel!’

auteur, tekstschrijver en redacteur – Velp/Arnhem
Op 15 maart 2022 bestaat TekstFontein 12,5 jaar. Dat vier ik met onderstaand overzicht, twee keer een flinke jubileumkorting én een welgemeend: ‘Dankjewel!’
Over draadloze mango’s, dikke tachtigers, een langdurige doeltrap, kibbelend water en kraanvogels.
Ik was heel benieuwd naar de nieuwe editie van Onze Taal. Dus toen ik het blad bij thuiskomst op de mat vond, kon ik niet wachten om het door te bladeren. Maar eerst draaide ik het om: zoals beloofd is de rubriek Ruggespraak onveranderd (leuk) gebleven. Pas daarna bekeek ik het blad zelf en ik was aangenaam verrast. Het is niet alleen dikker geworden, maar heeft ook wat opmaak en papier betreft een ware metamorfose ondergaan. Ik moet eerlijk bekennen dat ik voorheen lang niet alle artikelen las, maar ik heb deze editie van voor tot achter zeer geïnteresseerd zitten lezen (en ja, ook het voorwoord, mevrouw Roeper). Ook qua inhoud is Onze Taal nog mooier, beter en interessanter geworden. Mijn complimenten voor iedereen die er een bijdrage aan geleverd heeft.
En nu natuurlijk de leukste taalmissers uit mijn nog steeds favoriete rubriek: Ruggespraak. Veel plezier ermee.
Hoezo rustgevend?
Iemand vroeg me laatst waarom je wel schrijft ‘hij loopt’, maar niet ‘hij wilt’. Het antwoord op die vraag moest ik haar schuldig blijven. Ik heb geen idee waarom het werkwoord ‘willen’ zich anders laat vervoegen dan de meeste andere.
Lees “In de herhaling: hij wil(t)” verderBah, dat boek heeft mijn leesplezier vergald!
Je zou kunnen zeggen dat ze een boekenwurm is, maar dat is wat te zacht uitgedrukt. Mijn moeder verslíndt boeken. Ik zei onlangs gekscherend: ‘Dat de bieb nog boeken heeft die je níét gelezen hebt!’ Niet veel later ontdekte ik dat de lokale bibliotheek inmiddels speciaal voor haar boeken uit een vestiging verderop haalt. De plaatselijke bieb heeft ze dus blijkbaar ‘uit’.
Toen ik net begon als redacteur, vond ik kritiek leveren moeilijk. Dat had voor een deel met mijn eigen onzekerheid te maken, denk ik. Wie was ik om te bepalen of iets goed of fout was? Je kunt wel stellen dat ik toen een ‘zachte heelmeester’ was.
Misschien is het niet zo vreemd dat ik tekstschrijver en redacteur geworden ben. Mijn favoriete vakken op school: opstellen schrijven en dictees maken.
Dat opstellen schrijven doe ik in zekere zin nog steeds. Maar dictees (met uitzondering van het Groot Dictee) staan al lang niet meer op het programma. Jaren geleden ontdekte ik de website BeterSpellen.nl. Ik schreef me in en sindsdien legt men me elke doordeweekse ochtend vier spellingkwesties voor (en op maandag nog tien extra). Steevast begin ik elke maandag tot en met vrijdag met een soort mini-dictee (zij het in een andere vorm dan vroeger op school).
De afgelopen jaren ben ik overspoeld door te redigeren manuscripten. Van zelf schrijven kwam het daardoor nauwelijks. Maar al die verhalen van anderen inspireerden me enorm en toen er even geen opdrachten binnen kwamen, zag ik mijn kans schoon.
Lees “Reizen op papier” verderSteeds vaker ontvang ik e-mails die beginnen met ‘Beste’, gevolgd door een komma. Waarom niet ‘Beste Christien’ of ‘Beste mevrouw Romp’? ‘Beste lezer’ voor mijn part, als je mij niet rechtstreeks aanschrijft, maar je bericht naar het algemene mailadres van kantoor stuurt. Beste komma. Ik vind het maar gek.
Op zoek naar nieuwe meubels tref ik op internet de volgende aanbeveling aan:
Mijn blik blijft hangen aan die T achter ‘wil’. Welke tekstschrijver heeft die op zijn geweten? Steeds vaker kom ik ‘hij wilt’ in e-mailberichten tegen. Maar van iemand die zich professioneel met tekst bezighoudt, mag je toch verwachten dat hij/zij wel weet dat die T daar niet hoort?
Lees “taaltip – dat wilt toch iedereen?” verder